EU neemt wet aan voor EV-infrastructuur

10/9/2023

Om de toegankelijkheid van de infrastructuur voor het opladen van elektrische voertuigen (EV) in heel Europa te vergroten, werd in de zomer van 2023 een nieuwe wet aangenomen door de Raad van de Europese Unie die voorschrijft dat EV-laders ten minste elke 37 mijl, of 60 km, langs belangrijke verkeersroutes moeten worden geplaatst. De EU heeft dit doel gelijkgesteld aan het installeren van 1 miljoen openbare oplaadpunten tegen 2025 en 2030, waardoor dit aantal stijgt naar 3 miljoen. De stap maakt deel uit van een gezamenlijke inspanning van de EU om de klimaatdoelstellingen te halen, waarbij de overgang naar EV en het afstappen van traditionele benzine- of dieselauto's een belangrijke rol spelen.

EV-oplaadinfrastructuur

Een van de voornaamste zorgen die de EV-industrie sinds haar ontstaan ​​heeft geplaagd, is ‘bereikangst’. Deze term wordt gebruikt om te verwijzen naar de angst dat de batterij van een elektrische auto leeg zal raken voordat hij zijn bestemming bereikt. Deze angst komt voort uit traditionele ideeën over transport en gaat voorbij aan de belangrijke technologische ontwikkelingen die in de sector hebben plaatsgevonden.

De afgelopen jaren hebben de infrastructuur en technologie van elektrische auto’s aanzienlijke verbeteringen ondergaan, en ‘bereikangst’ is snel een achterhaald idee aan het worden. Toen elektrische voertuigen meer dan tien jaar geleden op onze wegen werden geïntroduceerd, zou een volledige lading waarschijnlijk 160 kilometer meegaan. Nu kunnen de meeste moderne elektrische auto’s echter een actieradius van 320 tot 300 kilometer bereiken met slechts één oplaadbeurt, waardoor ze verder in lijn liggen met voertuigen die traditioneel rijden. Deze opmerkelijke verbetering, naast de vooruitgang in de oplaadtechnologie, betekent dat ultrasnelle laders, zoals onze DC 180, een elektrische auto tot volledige capaciteit kunnen opladen in een fractie van de tijd die het ooit deed; het laat zien hoe afstandsangst steeds meer tot het verleden behoort.

Maar zoals de EU met de implementatie van deze nieuwe wet erkent, kan de infrastructuur die nodig is om de volledige transitie naar elektrische voertuigen, weg van voertuigen met interne verbrandingsmotor (ICE), veel verder te gaan. Er blijft een duidelijk verschil tussen het aantal beschikbare traditionele tankstations en EV-laadstations. Dit is vooral een probleem op het platteland. Het gebrek aan EV-infrastructuur wordt een belangrijker probleem als je bedenkt dat het opladen van EV’s doorgaans langer duurt. Als er dus minder EV-laadstations beschikbaar zijn, maar er wel een groeiende vraag naar is door de stijging van de EV-verkoop, neemt het risico op wachtrijen en lange wachttijden toe. Dit probleem en ongemak kunnen ongelooflijk onaangenaam zijn voor degenen die overwegen om over te stappen op een elektrische auto. Als we het opladen van elektrische voertuigen presenteren als een haalbare, gemakkelijke en gemakkelijke vorm van transport, moet de infrastructuur klaar zijn om aan de eisen te voldoen.

Meer ontwikkelingen in EV-infrastructuur

De nieuwe wet zal officieel in werking treden in 2025 en bevat bepalingen over een reeks factoren die zijn opgenomen in het EV-infrastructuurnetwerk in heel Europa. De belangrijkste richtlijn van de wet suggereert dat op belangrijke wegen die deel uitmaken van het Trans-Europese Transportnetwerk (TEN-T), vaak de belangrijkste transportcorridor van Europa genoemd, elke 60 kilometer snellaadstations moeten worden geïnstalleerd. Bij het opladen van elektrische voertuigen zijn er een aantal oplaadniveaus beschikbaar. Momenteel variëren de meest voorkomende modellen van niveau 1 tot niveau 3, die aanzienlijk variëren in vermogen en, cruciaal, oplaadtijd. De nieuwe EU-wet bepaalt dat de nieuwe laadstations die in heel Europa worden geïnstalleerd, eerst een totaal vermogen van minimaal 400 kW moeten hebben en minimaal één lader van 150 kW moeten bevatten. Voor de tweede fase van deze uitrol wordt verwacht dat deze laadstations eind december 2027 een totaal vermogen van 600 kW zullen hebben. Dit toont aan dat deze nieuwe wet niet alleen prioriteit geeft aan de toegankelijkheid van het opladen van elektrische voertuigen, maar ook nadenkt over de langetermijneffecten van de transitie naar e-mobiliteit. Door ervoor te zorgen dat snelle of zelfs ultrasnelle laders direct beschikbaar zijn, wordt het gemak van elektrische voertuigen drastisch verbeterd en wordt een efficiënter laadnetwerk mogelijk gemaakt.

Een andere belangrijke voorwaarde van de nieuwe wetgeving is het creëren van een gestandaardiseerd netwerk. Met de verbetering van de beheersystemen voor laadnetwerken is het werk van exploitanten van EV-laadstations veel eenvoudiger geworden. De nieuwe wetten, die in 2025 van kracht worden, vereisen dat alle openbare laadsystemen betalingen met een kaart of contactloos apparaat ondersteunen. Dit verbetert de standaardisatie van het EV-laadnetwerk over het hele continent verder en zal ervoor zorgen dat EV-gebruikers elk laadstation kunnen gebruiken zonder dat ze abonnementsdiensten of specifieke apps nodig hebben. Uiteindelijk maakt deze stap het opladen van elektrische voertuigen eenvoudig en zorgt het voor ‘betalen aan de pomp’-diensten in heel Europa, veel dichter bij de traditionele tankmethoden waaraan velen gewend zijn.

Deze wetgeving is ontworpen met de toekomst van het opladen van elektrische voertuigen in gedachten, dus sommige clausules hebben betrekking op de nieuwste ontwikkelingen in de EV-industrie, zoals waterstofbrandstof. Door zich ten doel te stellen minstens één waterstoftankstation per 200 km langs de belangrijkste TEN-T-snelwegen van Europa te realiseren, is deze maatregel een stap vooruit. Op dezelfde manier opent de wetgeving ook verdere e-mobiliteitstrajecten met betrekking tot maritieme transportwijzen, bijvoorbeeld door een clausule op te nemen die suggereert dat grote zeehavens tegen 2030 toegang tot elektriciteit aan wal moeten bieden.

 

Zoeken in EVbee

Populaire zoektermen: Wat is de toekomst van het opladen van EV?